Oefening van de week; Een beroep kiezen
Verdeel de leerlingen in drietallen. Vertel hen dan:
‘Vanaf morgen is er geen onderwijs meer en moeten jullie aan het werk, een beroep kiezen.’
Vervolgens verzint ieder groepslid van elk groepje voor beide overige groepsleden drie beroepen. Beroepen waarvan hij vindt dat zij daar geschikt voor zijn. Elke leerling krijgt dus zes adviezen voor een mogelijk bij hem passend beroep. Daarvan kiest hij één beroep uit, het beroep waarvan hij vindt dat het beste bij hem past. Daarna vertellen de leden van elk groepje elkaar welk beroep zij hebben gekozen.
De volgende stap is dat de groepsleden van elk groepje elkaar opnieuw adviseren, deze keer over drie kwaliteiten die in hun ogen nodig zijn om het gekozen beroep goed te kunnen uitoefenen. Zo krijgt elke leerling zes mogelijke kwaliteiten te horen welke in de ogen van zijn medeleerlingen in het groepje passend zouden kunnen zijn voor het door hem gekozen beroep. Daarvan kiest elke leerling de drie waarin hij zich het meest herkent.
Als alle leerlingen hiermee klaar zijn, laat je hen één voor één gaan staan om zich voor te stellen, hun beroep te noemen en te vertellen welke kwaliteiten ze daarvoor bezitten. Bijvoorbeeld:
‘Ik ben Thomas, ik word snackbareigenaar want ik kan goed met mensen omgaan, lekker eten bereiden en ik ben een goede handelaar.’
Vraag hen om daarbij ook de houding aan te nemen die bij hun gekozen beroep past.
(Mentor van nu; Communicatieoefeningen)